Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [1]de Filistijnen verzamelden hun heir ten strijde, en verzamelden zich te [2]Socho, dat in Juda is; en zij legerden zich tussen Socho en tussen [3]Azeka, aan [4]het einde van Dammim. 1. Hier wordt, volgens eniger gevoelen, verhaald hetgeen geschied is eer David aan het hof gekomen is, hetwelk op het einde van hfdst.16: beschreven staat; maar het wordt hier gesteld, om aan te wijzen door wat oorzaak David aan Sauls hof gekomen is. 2. Een stad, gelegen in den stam van Juda, Joz.15:35. Rehabeam heeft haar gebouwd en gesterkt, 2 Kron.11:7. Maar ten tijde van Achaz hebben de Filistijnen haar weder ingenomen, 2 Kron.28:18. 3. Deze stad was gelegen in de uiterste palen van den stam van Juda tegen het westen, Joz.15:35. Rehabeam heeft haar vastgemaakt, 2 Kron.11:9; en zij is van Nebukadnezar belegerd. Zie Jer.34:7. 4. Anders, Efes-Dammim genoemd en Pas-Dammim, 1 Kron.11:13.